De eerste deelnemer van buddy Jessy Hooper in Kansrijk West is Saraa Eltijani uit Soedan. Het is 2021 en Jessy ontmoet een vrouw die het moeilijk heeft. Hoe doe je dat?
Hoe doe je dat? Een vechtscheiding, op straat staan met jonge kinderen, in een land waarvan je de taal niet spreekt, borstkanker, je vader verliezen in je vaderland, geen geld, geen opleiding, niks. Het is 2024 en we spreken een stralende en sterke Saraa, boordevol plannen. De kinderen gaan goed. Rijbewijs op zak. Net begonnen aan de opleiding Social Work aan het Alfa College. Ze loopt stage bij WIJS Vinkhuizen. Een wens om buddy te worden bij Kansrijk Groningen.
Het zit Saraa Eltijani niet mee. Ze ontmoet veel drama in haar leven. ‘Door mijn ex moest ik het huis uit. Met de kinderen. Er was geen huis dicht bij de school. Maar ik wilde het mijn kinderen niet aandoen dat ze zonder vader kwamen, naar een ander huis moesten en ook naar een andere school. Dat zijn trauma’s. Ik stond op straat, en er was zelfs bij de Vrouwenopvang geen plek voor ons.’ Uiteindelijk kreeg ze via Lefier een lek en beschimmeld huis. Ten minste een dak boven het hoofd.
Beter worden
Terwijl ze nog bezig was om van het huis een thuis te maken, kreeg ze het bericht dat ze borstkanker had. ‘Jarenlang heb ik bij mijn huisarts moeten aandringen om er naar te laten kijken. Ik ben heel boos op haar.’ Jessy zat naast Saraa toen ze belde met de huisarts. Doorzetten nu. Dat lukte. Voor Saraa brak een periode aan van operaties, chemo’s, bestralingen. Jessy: ‘Mijn begeleiding ging wat naar de achtergrond, Saraa moest eerst beter worden.’ Dat is gelukt. Ook met de hulp van haar moeder en zussen die hiervoor over kwamen uit Soedan.
Jessy en Saraa zijn samen naar de Open Dag van het Alfa College gegaan. En ook naar het Talentperron aan het Harm Buiterplein. Saraa: ‘Ik wou iets gaan doen met cijfers, maar het is Social Work, MBO 4, geworden. En nu wijs ik Jessy hier de weg bij WIJS, waar ik stage loop.’
Knuffelen
Saraa: ‘Het gaat goed met de kinderen. Samen bespreken we hoe we willen samenleven in ons huis. In Soedan is de cultuur dat je je emoties niet laat zien. Een kind mag niet huilen, moet sterk zijn. Ik geef dat mijn kinderen wel mee: knuffelen en praten over hoe je je voelt.‘
Jessy: ‘In het begin vond ik het best spannend, hoor. Saraa kwam bij mij via de brugfunctionaris op de school van haar kinderen. Ze is mijn eerste deelnemer en ik heb zo veel van haar geleerd. Vooral dat het niet je situatie is die belangrijk is, maar juist hoe je er mee omgaat.’ Jessy vervolgt: ‘Jouw verhaal is het verhaal van velen. Saraa is een hele sterke vrouw. Ze spreekt drie talen. Ze is een voorbeeld voor anderen.’
Voorbeeld
Saraa straalt: ‘Weet je, Jessy heeft ook heftige dingen meegemaakt. Ze werkt hard. Zij is een inspirerend voorbeeld voor mij.’ De begeleiding door Jessy is geleidelijk afgebouwd. Maar ook beëindigd? ‘Nee’, zeggen beiden, ‘en dat hoeft ook niet.’